De morpho-sémiologie© is een methode die ontwikkeld werd door Bernard VIVIER in 1984. Deze vertrekt vanuit het principe dat elke ‘materiële’ en ‘levende’ vorm beschouwd wordt als een ‘dynamische drager van informatie’. Deze wordt dus gedefinieerd als een zoektocht naar mogelijke betekenissen (semiologie) van verschillende vormen (‘morfo’ van het Oudgriekse ‘Mophè’, in de betekenis van ‘vorm’ ten opzichte van het ‘binnenste’) van de uitdrukking (in de meest volledige en meest diepgaande betekenis van de term) en verwachtingen van personen en ondernemingen.

Ze neemt drie analyseniveaus in aanmerking:

  • het gemanifesteerde (vrijwillig of onvrijwillig)
  • het niet-gemanifesteerde (hetzij ingehouden, hetzij verborgen, hetzij ongekende) van de persoon of de onderneming
  • het geprojecteerde (steeds onvrijwillig).

Voor wat betreft de studie van personen is de morpho-sémiologie© geïnspireerd op, een samenvatting, een afstemming en een verlengstuk van talrijke antieke en meer recente disciplines die gericht zijn op de kennis van de bewuste en onbewuste identiteit van personen en het ontcijferen van hun verbale en non-verbale uitdrukkingen zoals de psycho-morfologie, de (tele)antropologie, de algemene semantiek, de psychoanalyse, de projectieve symboliek, het gestalt-principe, de grafologie, de gestuologie, de chirologie, de studie van de nagels, de typologie, de psychobiologie, de iridologie, de objectuologie, de neurolinguïstieke programmering, de transactionele analyse, het behaviorisme, de psychometrie, de biometrie, de neuro-cognitieve wetenschappen.

De morpho-sémiologie© wordt toegepast op personen en ondernemingen. De tools die dienen om de individuele werking beter te begrijpen kunnen ook toegepast worden op de werking van ondernemingen aangezien deze laatste slechts ‘projecties’ zijn van wat gebeurt in de menselijke hersenen.

Ze onderzoekt:

  • op individueel niveau zowel de vorm van ons gezicht als dat van ons geschrift, onze handtekening, onze gebaren, onze spraak, onze juwelen, onze kledij, ons kapsel, ons huis, onze wagen, onze artistieke voorkeuren, onze schoolse en sportieve oriëntaties, onze ziekten, onze ongevallen, ons ‘keuzes’ op professioneel en liefdesvlak…
  • op het niveau van ondernemingen evenzeer de architecturale vorm van de materiële infrastructuren (gebouwen, meubels, voertuigen…) als de vorm van logo’s, de kledingstijl, de uniformen, het publiciteitsmaterialen en de publiciteitsteksten, de televisuele verschijningen, de vorm van het organigram, de managementstijl, de besluitneming, het type interne communicatie…

Al deze ‘vormen’ worden steeds beschouwd als ‘uitingsvormen van onszelf’ (wat ‘niet-gezegd wordt’ bestaat in principe niet volgens ons) om te trachten de samenhang ervan te begrijpen en te aanvaarden, om ons beter bewust te worden van onze zelfconditioneringen en ons gedrag te richten en onze bedrijven te beheren met de grootste helderheid, doeltreffendheid en verantwoordelijkheid.

Ze gaat van de stelling uit dat echte communicatie vaak veel zeldzamer is dan we denken en dat we onbewust vaak beroep doen op de andere en op de externe realiteit om met onszelf te praten en onze eigen imperfecties te corrigeren om te beantwoorden aan de absolute noodzaak ons persoonlijk te ontwikkelen en de organisatie van onze structuren te verbeteren.

Overeenkomstig de opleiding van de Algemene Semantiek tot slot aanvaardt deze het permanente risico te beheren van het overwegen van de onzekerheid van de interpretatiehypotheses.

Onze taak past in een ethische, professionele en doeltreffende benaderingswijze.